WK-afvaller Dylan Lucieer: 'Wil niet in de slachtofferrol kruipen'
In dit artikel:
Dylan Lucieer, 21‑jarige spits van HC Rotterdam en vaste naam in de Nederlandse jeugdselecties sinds zijn dertiende, is niet opgenomen in de WK-selectie van Jong Oranje voor het toernooi in India. Dat maakte de KNHB bekend toen de selectie woensdag werd gepubliceerd; Lucieer zelf had twee weken eerder al persoonlijk te horen gekregen dat hij afviel. Bondscoach Jesse Mahieu en assistent Nanco Jansonius voerden het gesprek na een training op Schaerweijde.
Lucieer stond de afgelopen jaren juist in de schijnwerpers: op het jeugd-WK 2023 in Kuala Lumpur groeide hij van een onervaren tiener uit tot een van de smaakmakers met doelpunten tegen Argentinië (winnende treffer) en Australië (openingstreffer). Op het EK onder 21 een jaar later nam hij een stabielere, meer defensief verantwoorde rol in en maakte hij meer speeltijd. Daardoor leek deelname aan het volgende WK logisch; uit het jaargang 2004 was hij bovendien één van de oudste en meest ervaren spelers en had hij gehoopt een dragende rol te vervullen naast aanvoerder Casper van der Veen, vice-captain Gijs ter Braak en doelman Nieki Verbeek.
De staf gaf Lucieer aan welke aspecten van zijn spel verbeterd moeten worden; hij zegt die punten serieus te nemen, maar houdt de precieze feedback voor zichzelf. De aanvaller vermoedt dat zijn ontwikkeling onderweg een “deukje” opliep, en erkent dat hij zich afvraagt wanneer en waarom dat precies gebeurde. Een mogelijke factor is dat hij dit seizoen bij Rotterdam af en toe buiten de wedstrijdselectie viel — ook afgelopen zondag tegen Amsterdam — wat niet hielp bij zijn vorm en vertrouwen, al benadrukt hij begrip voor de kwaliteit en diepte van zijn clubselectie.
De afwijzing trof hem hard; het waren “zware weken”, zegt hij. Tegelijk kreeg hij veel steunbetuigingen, ook van ploeggenoten die wel naar India gaan. Lucieer voelt nog steeds verbonden met die vrienden en wil het toernooi volgen en het beste voor hen hopen. Praktisch kijkt hij vooruit: hij zet trainingen voort (hij was zelfs die ochtend nog in de sportschool), gaat werken aan de aangegeven verbeterpunten en combineert sport met zijn rechtenstudie — op het moment van het telefoongesprek zat hij in de bibliotheek.
Lucieer weigert in een slachtofferrol te kruipen. Hij is trots op zijn jaren in de nationale jeugdteams, heeft nog ambities in het hockey en zegt vastberaden te zijn om terug te komen en sterker te worden.