De toernooi-ontgroening van Meijer: 'De kleedkamer zat op slot'
In dit artikel:
Derk Meijer beleefde in de EK-finale het grootste duel van zijn carrière: plotseling in de schijnwerpers als doelman tijdens een beslissende shoot-outserie tegen Duitsland. Ondanks dat hij door ploeggenoten en publiek werd gezien als potentiële held, kon hij Oranje niet van de nederlaag en zilver redden. Al in de voorbereiding op de shoot-outs liep het voor Meijer stroef: hij hield zijn speciale stick in de kleedkamer, maar vertraging ontstond doordat iemand met de sleutel de verkeerde kant op liep en niet wilde haasten — vandaar dat hij iets later naar het veld kwam dan de Duitse keeper, niet als theater maar door pure pech.
Meijer, die tot dit toernooi slechts zo’n vijftien minuten EK-ervaring had (als reservedoelman op het EK van 2023 achter Maurits Visser), kreeg nu wel de kans in de finale. De serie werd echter vroeg beslissend toen de Duitse doelman de eerste twee pogingen pakte en Duitsland vier succesvolle shoot-outs neerzette. Meijer kreeg geen reddingen en baalde zichtbaar; hij wees op pech, vooral bij de eerste inzet die hij volgens eigen zeggen goed uitvoerde maar die ongelukkig in de backhand van de Duitse speler belandde.
De keeperverdeling binnen Oranje was al van tevoren vastgesteld: Delmee had beide keepers gelijke speeltijd beloofd en Visser stond in de halve finale tegen Frankrijk, Meijer in de eindstrijd. Meijer ziet zichzelf niet als eerste keeper en raakt juist gemotiveerd door die rolverdeling. Na afloop kreeg hij troost van staf en team, maar het resultaat viel tegen: Duitsland was effectiever bij de shoot-outs en Oranje moest daarmee genoegen nemen met zilver.