De olympische wond van Duitsland: 'Dat zit bij sommigen nog wel hoog'

In dit artikel:

De EK-finale tussen Nederland en Duitsland roept directe herinneringen op aan de olympische eindstrijd in Parijs, precies een jaar geleden, toen Nederland na een zenuwslopende shoot-out voor het eerst in 24 jaar olympisch goud pakte en Duitsland teleurgesteld achterbleef. Centraal in die confrontatie stonden Oranje-spits Duco Telgenkamp en de Duitse doelman Jean-Paul Danneberg (22); hun gebaren na de beslissende penalty’s werden nationaal onderwerp van gesprek.

Voor het EK in Mönchengladbach is de situatie veranderd: Telgenkamp is niet van de partij omdat hij zijn interlandloopbaan pauzeert om zich op zijn eigen bedrijf te richten. Danneberg daarentegen is eerste keeper van Duitsland en staat in de spotlight, maar kiest er bewust voor interviews na wedstrijden te mijden. Na de gewonnen halve finale tegen Spanje kregen verslaggevers te horen dat hij geen nabesprekingen meer geeft — een bewuste stap, volgens bondscoach André Henning, om zich volledig op keepen en rust te concentreren nadat zijn uitspraken vorig jaar extra aandacht trokken.

De persoonlijke spanningen tussen Danneberg en Telgenkamp zijn inmiddels bijgelegd: in december ontmoetten ze elkaar tijdens Pro League-wedstrijden in Amsterdam en maakten de lucht schoon via een gezamenlijke socialpost. Toch zitten de verliezen van Parijs nog steeds hoog bij sommige Duitse spelers. Middenvelder Thies Prinz, die in Parijs nog meedeed, zegt dat de finale diepe indruk maakte en dat het team sindsdien slechts gedeeltelijk veranderde.

Sportief gezien is Nederland de favoriet — olympisch kampioen en Pro League-winnaar — maar Henning noemt de wedstrijd een droomfinale: in eigen huis, tegen een buur en op een groot toernooi, een confrontatie die voor velen eenmalig kan zijn. Prinz, die komend seizoen bij Pinoké speelt, hoopt persoonlijk op goud als ideaal begin van zijn Hoofdklasse-avontuur.